Terneuzen wordt de toegangspoort tot Parijs, door de komst van de nieuwe Seine-Scheldeverbinding. Dat zegt burgemeester Jan Lonink van Terneuzen. Door het graven van een nieuw kanaal van 106 kilometer tussen de Seine en de Schelde bij het Franse Cambrai kunnen grote binnenvaartschepen straks vanaf de Westerschelde rechtstreeks doorvaren naar Parijs.
Ook de Terneuzense burgemeester Lonink ziet veel mogelijkheden. Het is de bedoeling dat de Seine-Schelde-verbinding over een jaar of tien een feit is. Voor het project is tussen de zes en acht miljard euro beschikbaar.
“Terneuzen wordt een scharnier voor de belangrijke binnenvaartverbinding tussen Rotterdam en Parijs”, constateert de Terneuzense burgemeester Lonink. “In Rotterdam kunnen dan de grote zeecontainers uit bijvoorbeeld China aanmeren. De inhoud van die schepen gaat met de binnenvaart verder Europa in. Je kunt nu al met kleinere binnenvaartschepen doorvaren tot aan Parijs, maar die schepen worden uiteindelijk tot zes keer zo groot.”
Poortgebouw moet aandacht trekken
Om de belangrijke scharnierfunctie van Terneuzen in de Seine-Schelde-verbinding te benadrukken, wil Lonink een groot poortgebouw neerzetten. Daar zou bijvoorbeeld het gefuseerde havenschap North Sea Port in kunnen. “Je moet soms aandacht trekken”, stelt Lonink. “Mijn toekomstdroom is dat die poort er staat, en dat daar bovenin het nieuwe havenkantoor zit.”